Hoe serveer je een perfect glas traditionele absint?

Absint – de drank die op dit moment zeer populair aan het worden is in Amerika, en ook bij ons nog steeds aan prestige wint. In tegenstelling tot wat de populaire mythen beweren, is absint geen drank waarvan je gaat hallucineren. Het is wel een bijzonder sterke drank, gedistilleerd uit absintalsem, anijs, venkel en een reeks andere kruiden, verschillend van distillateur tot distillateur. Zeker bij dit ontluikende lenteweer is het een enorm lekker aperitief. Absint wordt op een bijzondere manier geschonken. Niet met vuur, zoals je jammer genoeg maar al te vaak ziet. Maar hoe dan wel?

Eerst doe je een maat absint in een speciaal hiervoor gemaakt absintglas (ongeveer 3 cl). Vervolgens plaats je een mooie, geperforeerde absintlepel op het glas, en leg je een klontje suiker hierop. Met een karaf of een speciale absintfontein laat je vervolgens met tussenpauzen ijskoud water op het suikertje druppelen. Hierdoor lost de suiker op, en vloeit deze samen met het water in de absint. Doe het met tussenpauzen, want zo kan je ten volle genieten van de “louche”, de spectaculaire kleurovergang van lentegroen of geel-oranje feuille morte naar een melkachtig of wit-groene kleur. Ja, een beetje zoals pastis, maar dan veel mooier, en vooral veel lekkerder. Absint is trouwens de voorganger van pastis en anis.

Eens je voldoende water hebt toegevoegd (twee tot vijf maten, afhankelijk van je eigen voorkeur) is je absint klaar om genoten te worden. De echte Parisien heeft het glas inmiddels op een porseleinen onderschoteltje gezet, maar dat is niet echt nodig om de uitgebreide, volle smaak van absint te kunnen waarderen. Santé!

Auteur: Stijn Teijssen, zaakvoerder van Absinthia, verdeler van fijne absint in België.